1200 km links rijden en een handvol busreizen - Reisverslag uit Wellington, Nieuw Zeeland van Sander Wielen - WaarBenJij.nu 1200 km links rijden en een handvol busreizen - Reisverslag uit Wellington, Nieuw Zeeland van Sander Wielen - WaarBenJij.nu

1200 km links rijden en een handvol busreizen

Door: Sander van der Wielen

Blijf op de hoogte en volg Sander

19 December 2011 | Nieuw Zeeland, Wellington

Inmiddels zijn we al wat verder in de vakantie, maar hierbij dan nog even een update over de afgelopen weken, zo vlak voordat pa en ik naar huis komen.

Dinsdag 6 december 2011: Heel Nieuw-Zeeland en in het bijzonder Wellington zet zich schrap alsof er een aardbeving aankomt, maar gelukkig is dat niet het geval. Een merkbare zucht van verlichting gaat door de stad als blijkt dat het m’n vader, Ad voor sommigen, maar is. Onder escorte (van ondergetekende welteverstaan) begaf hij zich die middag naar het hotel waar we de eerste dagen zouden verblijven. Het weerzien was natuurlijk hartstikke gezellig (lees: we hebben flauwe grappen uitgewisseld) en na het inchecken hebben we nog even kort door de stad gelopen (‘Eh, ik heb geen flauw idee hoe we nu terug moeten komen!’).

De volgende dag hadden we heerlijk ontbijtbuffet in het hotel (‘Zullen we nog een keer lopen? Het is toch al betaald…’) en daarna besloot ik met papa naar Te Papa te gaan. Ze hadden daar zelfs gratis entree voor papa’s en alle andere mensen met een papa, dus dat was ideaal. Te Papa is het nationale museum aan de waterkant in Wellington: mooi, groot, interessant, veel verschillende dingen (ja dit gaat nog steeds over een museum) en gratis dus. Daarna met de kabeltram omhoog naar de botanische tuinen, daar wat rondgewandeld en van de uitzichten genoten. Vervolgens de universiteit gezien, m’n oude huis (raar om niet naar binnen te kunnen terwijl je daar maandenlang gewoond hebt) en het natuurgebied waar ik altijd ging hardlopen beklommen om daar van de uitzichten te genieten (‘potverdorie nu moet ik alweer die camera pakken!’). ’s Avonds hebben we samen met Charlotte gegeten, wat lachen was omdat papa nu door mij én Charlotte geklierd werd!

Vanaf donderdag begon onze reis echt met een busreis naar Rotorua, maar niet voordat we wederom een heerlijk ontbijt verorberd hadden (‘Zullen we nog een keer lopen? Het is toch al betaald…’). De reis was lang, maar gelukkig wel met regelmatig mooie uitzichten. De volgende dag deden wat praktisch iedereen doet in Rotorua: een vulkanisch park bezoeken. Wij gingen naar Wai-o-Tapu en de Lady Knox Geiser. Dat park was echt heel bijzonder: overal rookt, stoomt, gorgelt, borrelt en stinkt het, maar de kleuren die die mineralen produceren zijn echt spectaculair. Helaas moesten we ons nogal haasten door het park (Europa-in-5-dagen-gevoel), dus besloten we er na de lunch (heb ik al verteld dat papa een groot fan van pie (hartige quiche) is geworden?) nog een middagje in een ander park eraan vast te plakken. Dit park (Waimangu Volcanic Valley) lag volledig verscholen in een vallei met inheemse bush, dus dat was wederom fantastisch om te zien. Die avond heb ik papa nog even laten proeven van een paar Nieuw-Zeelandse specialiteiten: Steinlager Pure (‘goh, da’s toch wel een lekker biertje’) en L&P, waar ik het in m’n vorige blog ook over had.

Zaterdag was weer een reisdag: met de bus van Rotorua naar Auckland, daar een auto ophalen en daarna naar Thames in de Coromandel. Papa zat met klamme handen naast me terwijl ik aan de linkerkant van de weg reed: dat vond hij toch maar niets (ik heb dus alles gereden). In Thames bleken ons hostel in een oud hotel uit de goudzoekerstijd te zitten, wat heel bijzonder was. Sportief als wij beiden zijn (wie lacht daar?) wilden we nog even gaan wandelen in de Kauaeranga Valley, maar dat bleek door de regen die begon te vallen terwijl we de vallei in reden niet zo’n goed idee. Ach, gelukkig was de grindweg mooi om te rijden (‘Mooi!? De vullingen rammelen uit m’n mond!’).

Zondag was het tijd om de Coromandel verder te verkennen met allereerst Cathedral Cove. Mooie wandeling naar beneden en Cathedral Cove was vanaf het strand zowaar nog mooier dan vanaf het water (zie vorige blog). Rond de middag verder gereden (= slingeren en continu op en neer door meestal bos) over het schiereiland richting Coromandel Town, vanwaar we nog even besloten door te rijden naar Colville. Niet dat Colville iets voorstelt (zoiets als Okkenbroek maar dan kleiner), maar de weg was prachtig. Vanuit Coromandel Town nog even een bezoekje gebracht aan een waterval aan de 309 Road en een heel aantal Kauri’s aan diezelfde grindweg. Het laatste stuk van onze rit ging van Coromandel Town naar Thames, wat een prachtig stuk langs de kust is, waar de weg volledig omgeven was door Pohutukawa’s (a.k.a. New Zealand Christmas Tree) in bloei.

De volgende dag reden we naar de Paihia in de Bay of Islands. Helaas regende het toen we vertrokken, maar desalniettemin kregen we nog een aantal mooie landschappen te zien langs de Seabird Coast en een mooi uitzicht over Auckland (dat zei papa tenminste, ik had het druk zat met dat verkeer in Auckland omdat er geen wet bestaat die links inhalen (= rechts inhalen in Nederland) verbiedt, waardoor iedereen aan alle kanten langs je heen komt). Oh ja, het bleef trouwens de hele weg regenen en zelfs in Paihia regende het. Dat mocht de pret echter niet drukken, we besloten nog even een bezoekje te brengen aan de geboorteplaats van Nieuw-Zeeland: de Waitangi Treaty Grounds. Ja dat lezen jullie goed: wij gingen met z’n tweeën iets cultureels doen (vertegenwoordigers van de krant kunnen contact opnemen met Ad op z’n mobiele nummer)! Van een persoonlijke gids kregen we een rondleiding, inclusief het volledige verhaal van de totstandkoming van de Treaty. Fascinerend!

Dinsdag, 13 december, stond in het teken van regen (‘ik ben toch niet hierheen gekomen om Nederlands weer te zien of wel dan?!’) en daarom besloten we maar voor een ritje door Northland te gaan aangezien de Bay of Islands in de regen niet zo geweldig leek. We reden dus richting westkust, waar we bij de Hokianga Heads het enige stukje zon in de wijde omtrek kregen, samen met mooie uitzichten over de zandduinen en de enigszins ruwe Tasmanzee. Balen dat ik m’n zwembroek was vergeten (ik heb blijkbaar nog steeds niet geleerd dat ik altijd op elk weertype voorbereid moet zijn in Nieuw-Zeeland), want het was heerlijk weer! Goed, wij dus verder gereden naar het Waipoua Kauri Forest, waar – heel origineel weer – veel enorme Kauri’s staan, waaronder de grootste ter wereld (stam bestaat uit bijna 250 kubieke meter hout!). Echt heel bijzonder om te zien, en de Kauri’s in de Coromandel zijn daarbij vergeleken maar zaailingen. Prachtig bos dus, inclusief slingerweg door de donkerste stukken en (letterlijk) tussen de Kauri’s door.

Woensdag moest de auto ingeleverd worden en gingen we met de bus verder naar Taupo. Het regende weer (of nog steeds, ik heb eigenlijk geen idee), maar al dan niet door mijn rijstijl kwamen we ruim van tevoren in Auckland aan, waardoor er tijd zat was voor koffie. Helaas bleek de Tongariro Crossing, die we vanuit Taupo wilden doen, niet mogelijk te zijn door het weer, dus op donderdag besloten we gelijk weer een bus terug naar Wellington te pakken. Al met al waren dat dus een beetje verloren dagen.

Gelukkig waren de dagen erna in Wellington wel interessant, maar hierover vertel ik jullie later meer in m’n volgende blog!

Cheers!

  • 19 December 2011 - 20:51

    Mams En Zussie:

    Hoi Sander, zoooooo... herkenbaar die opmerkingen van je vader! Veel sterkte nog en tot zaterdag!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Sander

Actief sinds 13 Juni 2011
Verslag gelezen: 428
Totaal aantal bezoekers 37784

Voorgaande reizen:

30 December 2013 - 05 Juni 2014

Vrijwilligerswerk Sri Lanka

29 Juni 2011 - 24 December 2011

Uitwisseling Wellington, Nieuw-Zeeland

Landen bezocht: